Verschil tussen API en SDK

Verschil tussen API en SDK

Verschil tussen API en SDK: betekenis, uitleg en praktijkvoorbeelden

Het verschil tussen API en SDK is dat een API (Application Programming Interface) een set regels is waarmee softwarecomponenten met elkaar communiceren, terwijl een SDK (Software Development Kit) een geheel aan tools, documentatie en API’s biedt om software voor een specifiek platform of systeem te ontwikkelen. Wil je meer weten over wat een API precies is? Lees dan wat is een API.

Wat is een API en waar wordt het voor gebruikt?

Een API is een gedefinieerde interface waarmee verschillende softwaretoepassingen met elkaar kunnen praten zonder onderliggende details te kennen. Het fungeert als een tussenlaag en stelt ontwikkelaars in staat bepaalde functies of data van een externe toepassing te gebruiken, zonder de achterliggende code te begrijpen of aan te passen. In de praktijk gebruik je bijvoorbeeld een API om weerinformatie van een externe dienst op te halen of om gebruikers te laten inloggen via sociale media.

Wil je weten hoe een API precies werkt binnen netwerken? Bekijk ook hoe werkt een API of ontdek het verschil in communicatieprotocollen in verschil tussen HTTP en HTTPS.

Waaruit bestaat een SDK en hoe helpt het ontwikkelaars?

Een SDK is een complete toolbox die naast een API vaak ook programmeerbibliotheken, documentatie, voorbeeldcode en hulpprogramma’s bevat. Hiermee kunnen ontwikkelaars eenvoudig apps, diensten of modules bouwen voor een bepaald besturingssysteem of platform, zoals iOS of Android. Voorbeeldcode en testtools binnen een SDK maken het gemakkelijker om foutloos te ontwikkelen en snel te testen.

Voor wie een applicatie wil bouwen die met specifieke hardware of besturingssystemen werkt, is een SDK vaak onmisbaar. Ontwikkelaars besparen hierdoor veel tijd en zorgen ervoor dat hun software optimaal aansluit op het platform.

Verschil tussen API en SDK in de praktijk

Waar een API vooral gericht is op het faciliteren van communicatie tussen verschillende systemen, biedt een SDK alles wat een ontwikkelaar nodig heeft om daadwerkelijk een toepassing te ontwikkelen. Wil je als ontwikkelaar een bestaande dienst koppelen? Dan gebruik je meestal een API. Wil je een volledig nieuwe toepassing of integratie bouwen op een platform? Dan is een SDK met bijbehorende API’s het aangewezen startpunt.

Stel je bijvoorbeeld voor dat je een weer-app wilt maken: met een API kun je de actuele weersinformatie ophalen; met een SDK creëer je de volledige applicatie voor een mobiel besturingssysteem met toegang tot alle benodigde hulpmiddelen.

Wanneer kies je voor een API en wanneer voor een SDK?

Kies je voor een API als je slechts toegang wilt tot specifieke functionaliteiten van een dienst of platform – bijvoorbeeld het ophalen van data uit een app. Een SDK is ideaal als je naast toegang ook ondersteuning, hulpmiddelen en kant-en-klare middelen nodig hebt om een complete toepassing te creëren, testen en uit te rollen. De keuze hangt af van de mate van controle, snelheid van ontwikkeling en de complexiteit van je project.

Twijfel je welk hulpmiddel het best past bij jouw uitdaging? Bekijk ook eens onze uitlegpagina’s over wat is SaaS en wat is PaaS waar platformen en tools centraal staan.

Samenvatting: het echte verschil tussen API en SDK

Het grootste verschil tussen API en SDK zit in de scope: een API regelt enkel de communicatie, een SDK biedt alles voor het maken en testen van toepassingen. Waar een API een onderdeel is van een SDK, is een SDK de volledige gereedschapskist voor ontwikkelaars. Zo maken beide componenten samen ontwikkeling eenvoudiger en efficiënter. Benieuwd naar meer vergelijkbare technische termen? Kijk dan bij verschil tussen SQL en NoSQL of verschil tussen Windows en Linux.